Voor sommige werknemers met een beperking, een ziekteverleden of een grote afstand tot de arbeidsmarkt (de zogenoemde ‘doelgroep banenafspraak’) geldt de no-riskpolis. Als zo’n werknemer binnen een bepaalde periode na de indiensttreding uitvalt, betaalt de werkgever weliswaar het loon door, maar worden deze loonkosten (deels) gecompenseerd met een ziektewetuitkering. Bovendien wordt de WGA-premie in zo’n geval niet verhoogd.
No-riskpolis
Omdat de no-riskpolis een waardevol re-integratie-instrument is, loont het de moeite om te onderzoeken of je werknemers onder de beschermende werking van de no-riskpolis vallen. Wat zijn die voorwaarden precies? En hoe weet je of iemand aan de voorwaarden voldoet?
In artikel 29b en artikel 29d van de Ziektewet is de zogenoemde no-riskpolis te vinden. Het doel van de no-riskpolis is om werkgevers te stimuleren een dienstverband aan te gaan met mensen die problemen ondervinden bij het aangaan en behouden van betaald werk. Op grond van deze wetsartikelen keert UWV onder bepaalde voorwaarden ziekengeld uit aan werkgevers, waarmee het arbeidsperspectief van bepaalde doelgroepen wordt vergroot.
Voor werknemers met een no-riskpolis ligt de hoogte van de compensatie door UWV in het eerste ziektejaar tussen de 70% en 100% van het dagloon. De precieze hoogte hangt af van de hoogte van het loon dat werkgevers verplicht moeten doorbetalen bij ziekte. In het tweede ziektejaar is de uitkering niet hoger dan 70% van het dagloon.
Let op: De loondoorbetalingsverplichting bij ziekte blijft ook in geval van arbeidsongeschiktheid van no-riskgevallen bestaan — dit zolang het dienstverband duurt en maximaal twee jaar — maar werkgevers krijgen daarvoor compensatie van UWV. Voor zieke no-riskdossiers gelden de normale regels van de Wet verbetering poortwachter. Bij onvoldoende re-integratie-inspanningen kan UWV een loonsanctie opleggen, dit zónder compensatie in het derde ziektejaar.
Hoe weet je of iemand aan de voorwaarden voldoet?
De werknemer is verplicht om de werkgever eerlijk antwoord geven op de vraag of een van de bepalingen genoemd in artikel 29b of 29d (zie voorwaarden hierboven) van de Ziektewet van toepassing is.
Let op: Die plicht tot eerlijk antwoord geven bestaat pas als de werknemer minimaal twee maanden bij de werkgever in dienst is. Dit betekent niet dat werkgevers mogen vragen naar het ziekte- of uitkeringsverleden van hun werknemers. Ze mogen alleen vragen óf artikel 29b of 29d van de Ziektewet (de no-riskpolis) mogelijk van toepassing is.
Tip: Omdat werknemers zelf vaak niet bekend zijn met de no-riskpolis, doen werkgevers er verstandig aan om de bovenstaande voorwaarden altijd aan hun werknemer(s) uit te leggen. Maak bijvoorbeeld een brief of een website en vraag na het geven van die uitleg aan je werknemer of hij aan één (of meer) van de genoemde voorwaarden voldoet. Als je werknemer met een ‘Ja’ of een ‘Misschien’ antwoordt, kun je de betreffende werknemer vragen om een machtiging in te vullen. Met die getekende machtiging kun je bij UWV uitvragen of de no-riskstatus van toepassing is. Hier vind je meer informatie over de machtiging en de procedure.
Kortom: Leg uit, stel de juiste vragen, werk met een machtiging en controleer het doelgroepregister.
Tijdig ziekmelden bij UWV
Belangrijk om te weten is ook dat UWV niet ambtshalve tot uitkering van het ziekengeld overgaat. Je moet zelf bij UWV aankloppen voor uitbetaling van het ziekengeld. Doe dat bij voorkeur online via Digipoort of de Verzuimmelder van UWV.
Let op: Het is belangrijk dat je de ziekteaangifte binnen de termijn van 6 weken doet, omdat een te late aanvraag je een boete oplevert.
Tip: Kom je pas later achter de no-riskstatus van je medewerker? Dan loont het meestal tóch om een melding te doen bij UWV en om het ziekengeld te claimen. UWV mag namelijk met terugwerkende kracht van maximaal één jaar de no-riskcompensatie uitkeren. Belangrijk om te weten is dat als UWV ziekengeld heeft uitbetaald, de eventuele WGA-lasten niet aan jou als (grote of middelgrote) werkgever mogen worden doorberekend. Dit heeft een kostenbesparend effect op je gedifferentieerde premie voor de Werkhervattingskas.
Loonkostenvoordeel
Behalve compensatie van UWV voor de loondoorbetaling bij ziekte en premievoordelen voor de Werkhervattingskas, kun je bij het aangaan (of het in dienst houden) van een werknemer voor wie de no-riskpolis geldt een loonkostenvoordeel krijgen. Per 1 januari 2018 is er recht op een maximumbedrag à 6.000 euro per jaar, dit gedurende maximaal drie jaar. Uitbetaling van het voordeel vindt één keer per jaar (achteraf) plaats door de Belastingdienst.
Let op: De doelgroepverklaring die je nodig hebt om het loonkostenvoordeel bij de belasting aan te vragen moet je uiterlijk binnen drie maanden na aangaan (of herplaatsing) aanvragen bij UWV. Na ontvangst van de doelgroepverklaring kun je de indicatie ‘LKV’ in de aangifte loonheffingen op ‘ja’ zetten. De doelgroepverklaring moet je bewaren bij de loonaangifte. De doelgroepverklaring kan de werknemer aanvragen óf kun je als werkgever aanvragen met een machtiging van de werknemer.
Let op met privacy
Als je te maken krijgt met een zieke werknemer is het van belang om de privacyregels in acht te nemen. Er gelden namelijk strikte regels voor het vragen naar en verwerken van gezondheidsgegevens. Een schending van de privacyregels kan leiden tot een fikse boete van de Autoriteit Persoonsgegevens. Dit wil je natuurlijk niet. Extra voorzichtigheid is hierbij dus van belang.